TURKIJE
Toen De Centrale aan de Gentse rapper Fatih De Vos vroeg om mee te werken aan het project Passe-Partout en twee muziekstukken uit te werken vanuit de Turkse en Vlaamse canonpoëzie, wist hij direct met wie hij daarvoor in zee wou gaan. Het was ‘kismet’, het leek als in de sterren geschreven. De eerste namen die hij in gedachten had waren niet alleen mensen met wie hij persoonlijk een goede band had, maar eveneens fantastische muzikanten.
Thomas Noel, begenadigd pianist/gitarist/man van allerlei markten, genres en instrumenten thuis, die bekend staat om tal van geslaagde projecten en samenwerkingen in binnen- en buitenland, van Johannesburg via Mexico City, langs Ramallah terug naar de Brugsepoort. Of het nu hip-hop, jazz of Arabische klassieke muziek is, geef deze man een kleine muzikale vonk als idee en hij maakt er een prachtige compositie mee.
Melike Tarhan, Turks-Vlaamse zangeres en songwriter, en een van de warmste en mooiste stemmen van Gent en omstreken. Met al meer dan twintig jaar ervaring op de planken en diverse albumreleases en awards op haar conto, dankzij zowel haar eigen ensemble als via talloze collaboraties en projecten, kunnen we allang stellen dat zij geschiedenis heeft geschreven en nog steeds blíjft schrijven in de Belgische muziekwereld en daarbuiten. Haar werk slaat de brug tussen diverse culturen, doorbreekt genres en hokjes, maar behoudt steeds de eigenheid en een hart voor de Turkse muzikale traditie.
Mevlüt Akgüngör, een Gents-Turkse muzikant die zowel thuis is in de klassieke Turkse muziek als de soefitraditie, ging in de leer bij een aantal van de grootste ney-grootmeesters ter wereld, om het complexe instrument na jarenlange oefening te leren beheersen. Dat geduld heeft opgeleverd, want hij speelde ondertussen al ney – ook gekend als rietfluit – in diverse ensembles, heeft tal van optredens op zijn naam staan in binnen- en buitenland, en heeft mee muziek gecomponeerd bij diverse gerenommeerde projecten en gezelschappen. Daarnaast heeft hij zich de laatste jaren verder verdiept in de wonderlijke wereld van de Turkse snaarinstrumenten, kortom: de perfecte persoon voor dit project.
Teksten
Koffiehuis
Razend. Gedwarrel van stemmen, tot één geraas vergroeid.
Hoge klarinetklanken. Saksofoon-geluiden en wat rest
daar tussen: geweldig koperen orkest.
De buffetjuffrouw dromend. Heimwee of verlangen?
Alles is hier een open raadsel. De oplossing echter vindt geen.
Zacht autoritair de waard. Simbool van toekomst en verleden.
En 't eeuwig spel van spelers schijn en wezen,
vast het gelaat, niet te doorlezen;
behoedzaam defensief, maar de sterkte van hen die niet vrezen.
Solidariteit der spel-geruchten,
van de tragies-ernstige domino's, fatum-zwart
tot der biljartballen rood-wit luchtig vluchten.
Geblaseerde rasta's; daarnaast huiselike dikbuiken, -
alles weerom schijn, - dames die eeuwig goedig toeluiken:
allen Babelbouwers van dezelfde gebazel-innigheid.
Gebannen is de innigheid uit de straat,
achtervolgde faun, binnen de koffiehuizen gedreven.
De zwakke muren zijn de sterke dam tussen dood en leven.
Bij 't even openen der deur, klinkt wat daarbuiten is, de trem,
of 't geroep van een venter, als een onheimelike stem:
heel even. Dan herneemt 't orkest zijn razende galop.
tekst: Paul van Ostaijen
Kahvehane
Çılgınca. Tek bir kükremeye dönüşür sesler.
Yüksek klarnet sesleri, saksafon ve diğerleri
arada: harika bakırdan bir orkestra.
Barmaid hayal kurmada. Hasret ve arzularda
Her şey çözümü olmayan bir bilmecedir burada.
Geleceğin ve geçmişin sembolü, otoriter kahveci.
Bitmek bilmeyen oyunlar, hile ve dolaplar
Sabit ve okunaksız yüzler;
Korkusuzluğun gücü, dikkatli savunmalar.
Oyundaki dayanışmalar,
traji-komik domino taşlar, makus kaderler,
Havada uçuşan kırmızı beyaz bilardo toplar.
Doyuma ulaşmış rastalar; iri göbekli adamlar, -
her şey sahte, - sır saklayan hanımlar:
laf yapmayı sevenler, hep aynı boş konuşmalar .
Mahremiyettir sokaklardan sürülen,
Faun’u takip eden, kahvehanelere sokulan.
Zayıf duvarlar güçlü kaledir, ölümle hayatı ayıran.
Kapı açılınca dışarıdan gelen,
tramın, seyyar satıcının sesidir o giren;
kısa bir an. Sonra orkestradır dizginleri ele alan.
vertaling: Murat Faruk Kolcu
Teksten
Uzun ince bir yoldayım
Gidiyorum gündüz gece
Bilmiyorum ne haldeyim
Gidiyorum gündüz gece
Dünyaya geldiğim anda
Yürüdüm aynı zamanda
İki kapılı bir handa
Gidiyorum gündüz gece
Uykuda dahi yürüyom
Kalmaya sebep arıyom
Gidenleri hep görüyom
Gidiyorum gündüz gece
Kırk dokuz yıl bu yollarda
Ovada dağda çöllerde
Düşmüşem gurbet ellerde
Gidiyorum gündüz gece
Düşünülürse derince
Irak görünür görünce
Yol bir dakka miktarınca
Gidiyorum gündüz gece
Şaşar Veysel işbu hale
Gah ağlayan gahi güle
Yetişmek için menzile
Gidiyorum gündüz gece
tekst: AŞIK VEYSEL
Over een lang smal pad
Ben ik dag en nacht op weg
Geen benul wat me bezielt
Dag en nacht ben ik op weg
Toen ik op de wereld kwam
Begon ik meteen met lopen
Twee deuren had een huis
Dag en nacht ben ik op weg
In mijn slaap loop ik nog door
Zoek een reden om te blijven
Aldoor zie ik die wandelaars
Dag en nacht ben ik op weg
Negenenveertig jaren deze wegen
Over vlaktes bergen en woestijnen
Raakte ik in vreemde landen
Dag en nacht ben ik op weg
Denk je er dieper over na
Dan duurt de oneindige weg
Niet langer dan één minuut
Dag en nacht ben ik op weg
Veysel is in verwarde staat
Afwisselend huilt en lacht hij
Om het einddoel te bereiken
Is hij dag en nacht op weg
Vertaling: Sytske Sötemann
Waarom deze teksten?
Wanneer gekozen moest worden voor een tekst uit de Turkse canonpoëzie, leek de keuze voor 'Uzun Ince Bir Yoldayim' bijna onvermijdelijk. Het is niet alleen wellicht het meest geliefde nummer uit de Turkse volksmuziektraditie, de betekenis ervan is op het lijf geschreven van dit project. 'Op een lange, smalle weg, altijd ben ik onderweg' - de link met het migratieverhaal, de brug tussen diverse landen en culturele tradities, de spirituele zoektocht naar innerlijke harmonie, het kan niet duidelijker zijn dan dat. Dankzij de vakkundige vertaling van het lied uit het Turks naar het Nederlands kon het viertal vlot tot een lied komen dat op een weergaloze manier de verbinding maakt tussen genres en culturen.
Wanneer je aan Vlaamse canonpoëzie denkt, zullen de meeste Vlamingen maximum 2 à 3 auteurs kunnen opnoemen. Je mag er bijna zeker van zijn dat Paul van Ostaijen daartussen zal zitten. Fatih De Vos bladerde door het oeuvre van deze legende, en toen zijn oog viel op het gedicht 'Koffiehuis' wist hij onmiddellijk dat dit de tekst zou worden waarmee hij samen met de groep aan de slag wou gaan. Het koffiehuis, van Istanbul tot Gent, die alomgekende ontmoetingsplek waar arm en rijk, dik en dun, knap en lelijk, wit en zwart, geluk en verdriet, overwinning en verlies, elkaar tegenkomen. De tekst werd op een prachtige, lyrische manier naar het Turks vertaald door Murat Kolcu, en diende ter inspiratie van een innovatieve, eigenzinnige, Turkse interpretatie van deze Vlaamse classic.